De stille plantage: Opdracht

Opdracht niveau 4 | Cultuurverandering

Titel De stille plantage
Niveau boek niveau 4
Opdracht niveau 4 | Cultuurverandering
Studielast 3 uur
Werkvorm Individueel
Focus Cultuurverandering
Je leert hoe ideeën over taal en gebruiken veranderen in verschillende settings.
Gemaakt door Merel Heuberger
Bron Bron 1
Bron 2
Bron 3

A

  1. Vind jij dat kunst die in de tijd van ontstaan niet controversieel was, maar nu wel, nog steeds een podium mag krijgen? Waarom wel of niet?
  2. Ken je voorbeelden van kunstenaars die ‘gecanceld’ zijn?


B

Lees ter voorbereiding op deze opdracht bron 1.

  1. Wat is jouw reactie op de mening van Thijs Overpelt? Leg uit waarom je het wel of juist niet met hem eens bent. Geef bondig antwoord in ongeveer drie zinnen.
  2. Net als over de boeken van Roald Dahl en Agatha Christie, is ook over De stille plantage best veel discussie gevoerd. Zijn er onderdelen van dit verhaal waar jij ongemakkelijk van werd of zelfs een beetje geschokt door bent, na het lezen ervan? Zo ja, welke onderdelen zijn dat?


C

  1. Op welke manier legitimeert de schipper van de 'Profeet Samuël' in hoofdstuk 4 de behandeling van slaafgemaakten door plantagehouders?
  2. Wat is de kern van het meningsverschil dat bestaat tussen de schipper enerzijds en Raoul en Josephine anderzijds?
  3. Geeft dit boek volgens jou een oordeel over wie er gelijk heeft? Licht je antwoord toe. 


D

In deze opdracht ga je op zoek naar de motivatie van Helman: voor het schrijven, voor zijn onderwerpkeuze en voor het herschrijven. Lees eerst het nawoord dat de auteur schreef bij de speciale jubileumeditie van De stille plantage (dat is de door ons aanbevolen editie): bron 2. 

  1. Wat bedoelt Helman, wanneer hij spreekt over 'Vrouwe Musica, innigste aller minnaressen'? En waarom zou zij jaloers zijn? 
  2. Breng je antwoord op D1 in verband met het in het leven roepen van het pseudoniem Albert Helman: wanneer en waarom deed hij dit?
  3. Helmans nawoord spreekt een zekere ambivalentie van de schrijver ten opzichte van Suriname. Leg deze ambivalentie uit, en licht toe of je haar ook terugleest in De stille plantage.
  4. Helman spreekt in dit nawoord verschillende malen over schaamte. Waarvoor schaamt hij zich? Licht ook toe of jij dit terecht vindt.
  5. Breng je antwoord op D4 in verband met Helmans besluit om De laaiende stilte te schrijven.
  6. Lees nu bron 3. Noemt Xandra Schutte gevoelige onderdelen van Helmans boek waaraan hij zelf geen aandacht besteedt in zijn nawoord? Zo ja, welke?
  7. Helman voorspelt in zijn nawoord dat dit boek controversieel zal blijven. Doe een beargumenteerde uitspraak over de vraag of dit boek inderdaad controversieel gebleven is en zal blijven.