Robinson: Opdracht
Opdracht niveau 4 | Thema
Titel | Robinson |
---|---|
Niveau boek | niveau 3 |
Opdracht | niveau 4 | Thema |
Studielast | 2 uur |
Werkvorm | individueel |
Focus | thema |
Je leert | het thema van een roman afleiden uit de verhoudingen tussen personages. |
Gemaakt door | Gosse Koolstra |
A
Je gaat een sociogram maken.
Vraag 1
Beschrijf in het schema hieronder alle relaties die er zijn tussen de personages. Let op: de persoon in kolom 1 bepaalt wat er in de cellen daarachter komt te staan. (Wat een persoon van zichzelf vindt, doet er nu niet toe; dat wordt weergegeven met XXX.)
Vraag 2
In welke verhoudingen is er sprake van liefde of genegenheid? Geef dat aan met een rood hartje in die cel.
Vraag 3
In welke verhoudingen is er sprake van jaloezie of een ander negatief gevoel? Geef dit aan door er een paars monstertje bij te zetten.
Vraag 4
Welke verhoudingen zijn aan het eind van het verhaal beƫindigd? Duid dit aan door DEL toe te voegen in die cel.
Schema